In Griekenland kon men vroeger een goed idee krijgen van het leven in een
klooster. Je kon er gewoon - tegen een kleine vergoeding, dat liefst wel
- verblijven als gast. Maar om er het kloosterleven te leren kennen had
je tijd nodig en vooral innerlijke rust. Mijn nieuwsgierigheid gaat echter
niet zover dat ik die tijd ervoor wilde nemen en innerlijke rust heb ik
op vakantie sowieso al niet, omdat ik steeds verder wil om meer te zien.
Dus kwam ik en kom ik niet verder dan de buitenkant van de kloosters.
En ik niet alleen, want het is tegenwoordig vrij moeilijk kloosters te
vinden, die én open zijn én eventueel onderdak bieden. Zeer veel kloosters
zijn namelijk 'ontmonnikt'. Volgens mij is het monnikenwerk een uitstervend
beroep. Het wereldse leven schijnt de moderne Griek kennelijk toch meer
te trekken dan een ascetisch bestaan in een kloostercel.
Jonge mensen die het klooster in gaan zijn er bijna niet meer te vinden
en daarom zijn veel kloosters op slot en alleen te bezoeken als je de
man of vrouw met de sleutel weet te vinden. Maar zelfs als een klooster
open is, is er dikwijls van de spreekwoordelijke Griekse gastvrijheid
van vroeger weinig meer te bespeuren. In de meeste kloosters - en ik heb
er aardig wat bezocht - zijn de monniken nurkse, nauwelijks tot praten
te bewegen, regelrecht onvriendelijke mensen. Het lijkt wel of ze ontevreden
zijn met hun bestaan. Zelfs in de vrouwenkloosters doen de vrouwen zo
te zien morrend hun werkzaamheden. Vreemd!
Tijdens onze laatste reis naar Kreta heb ik in de kloosters eigenlijk
geen vrolijke, tevreden mensen ontmoet. Ik kreeg vaak de indruk dat ik
als een vervelende pottenkijker werd beschouwd, die alleen maar voor last
zorgde. Overal werden pas na behoorlijk aandringen (geld!) deuren geopend,
nergens stonden ze gastvrij open.
De deuren staan wel open in de kloosters die tegenwoordig als museum worden
geëxploiteerd. En dat zijn er best wel een paar, waaronder zelfs het steenrijke
en machtige klooster Toplou in het oosten van het eiland. Er leven nog
minder dan een handvol monniken en al het werk wordt er helemaal gedaan
door vrouwen (leken). Zíj zorgen ervoor dat je decent gekleed naar binnen
gaat, dat de kaarsen worden opgeruimd, dat de boel binnen en buiten schoon
is. Zij doen de verkoop van 'eigen' producten, zorgen dat de bezoekers
niet zonder ansichtkaarten de deur uitgaan en houden scherp in de gaten
of er niet gefotografeerd wordt.
Want fotograferen is ten strengste verboden. Om volstrekt onduidelijke
redenen. Het mag absoluut niet. Ik kan me voorstellen dat vroeger met
de flitslampjes (die af en toe uit elkaar spatten) en (veel te fel) flitslicht
de kostbare fresco's of de ikonen beschadigd zouden kunnen worden. Maar
met de moderne camera's hoef je niet te flitsen en toch mag je evengoed
geen foto's maken.
De eerlijkheid gebiedt me te zeggen dat alle foto's van mijn serie stiekem
genomen zijn, allemaal, dus zelfs ook die waar mensen op staan. Niet alleen
hoef je met een moderne camera voor een redelijk resultaat niet te flitsen,
je hoeft ook geen sluiter meer te horen en het geluid van doorspoelen
bestaat ook niet meer. Alleen het automatisch scherpstellen van de lens
levert problemen met het geluid op. De oplossing is een lens met een vaste
brandpuntsafstand en die met de hand besturen. En dan ongemerkt 'uit de
heup schieten', onderwijl scherp oplettend of niemand ziet dat je foto's
maakt.
Volgens mij hebben in veel kloosters de monniken het niet meer zelf voor
het zeggen, maar zijn ze in dienst van de 'Archeologie' en worden ze gebruikt
als museumsuppoosten. Het is namelijk zo dat tegenwoordig alle kerken
en kloosters die wat ouder zijn niet meer onder 'de Kerk' vallen, maar
onder het Ministerie van Cultuur. Soms moet je dan ook voor de entree
betalen, zoals bij het klooster Arkadiou op Kreta. Het gevolg daarvan
is wel dat alle bezoekers denken dat het écht een museum is en dat je
daarom overal mág fotograferen. Hetgeen beslist niet het geval is. Het
personeel van het klooster doet er daar echter weinig aan om het fotograferen
tegen te gaan. In het klooster Toplou daarentegen loop je een gerede kans
dat je wordt opgepakt door 'Cultuur'.
Men heeft in Griekenland voor de bewakers van 'Cultuur' een geweldig ontzag
en waarschijnlijk ook wel terecht. Er is in het verleden onwaarschijnlijk
veel uit kerken en kloosters en van archeologische vindplaatsen meegenomen.
De bewakers hebben nu opsporingsbevoegdheid en dus de mogelijkheid om
souvenirjagers, 'meenemers' of mensen met wangedrag aan de politie over
te dragen. Het meenemen van een onooglijk scherfje aardewerk van een archeologische
vindplaats kan al uitmonden in gevangenisstraf!
Ik heb me - gelukkig - niet gerealiseerd toen ik in de kloosters foto's
nam, dat foto's nemen ook kan worden gezien als iets van die plek meenemen,
stelen dus, of als wangedrag en dan ook eventueel gevangenisstraf tot
gevolg zou kunnen hebben.
Het eerste klooster dat ik u wil laten zien is Arkadiou. Dit is een van
de bekendste kloosters in Griekenland. Hoewel het nogal afgelegen in het
centrum van Kreta ligt, trekt het dagelijks vooral veel Griekse bezoekers.
Het klooster was in de strijd tegen de Turkse overheersing een toevluchtsoord
en bolwerk van vrijheidsstrijders. Na een kort beleg werd het op 9 november
1866 door de Turken ingenomen. De vrijheidsstrijders bliezen zichzelf
met de in het klooster aanwezige munitie op. Het werd daarna een symbool
voor de Griekse vrijheidsstrijd.
Thans is het meer een museum dan een klooster, hoewel er, maar daar ben
ik niet zeker van, nog enkele monniken bij het klooster wonen. In de kloosterkerk
worden nog wel diensten gehouden. Van buiten ziet het complex er overigens
zeer gesloten uit en lijkt het meer op een fort dan op een klooster. Dat
is trouwens bij veel meer kloosters het geval. Dikwijls liggen de kloosters
binnen een zware ommuring. De cellen, eetzaal, bibliotheek e.d. liggen
aan de binnenzijde tegen die ommuring en de kloosterkerk ligt centraal
op het binnenhof.
Pappas op bezoek in het klooster.
De klokkentoren.
De schitterende 17e eeuwse Venetiaanse voorgevel is bijna
het enige deel
van het gebouw dat nog in de oorspronkelijke staat verkeert.
Een bergplaats voor begrafenis'allerlei'.
De noordelijke gang langs de cellen.
Het cellencomplex heeft twee verdiepingen. In het bovenste
gedeelte werd / wordt(?) 'gewoond'.
Een ikoon met bewerkt zilver bedekt.
Alleen de gezichten zijn in het zilver uitgespaard om die zichtbaar te
maken.
Een typische kandelaar en een fraai bewerkte houten 'kaarsenwinkel'.
Het binnenhof.
Bougainvillea.
De overdekte gang langs de cellen.
Deze dode boom getuigt van de Griekse strijd tegen de
Turken.
Een Turkse granaatscherf steekt uit de gekliefde boom.
Grieken hebben gevoel voor drama!
Het binnenhof.
Een ikoon.
Nog een ikoon. Volgens mij zijn het replica's van oude
ikonen.
Dat doet aan de waarde (niet de financiële!) van het ikoon niets af.
Een kijkje op de achterzijde van de voorgevel.
Het binnenhof.
De gang naar het binnenhof.
De trap naar de cellen aan de zuidzijde.
De in- en uitgang.
Het tweede klooster dat ik u wil laten zien is Odigitrias Gonias op het
schiereiland Rodopo in het noordwesten van Kreta.
De fontein van het klooster bevindt zich op de openbare
weg tegenover de ingang van het klooster.
De entree.
De klokkentoren.
De oostzijde van het binnenhof.
In alle kloosters in Griekenland vind je in het binnenhof
bloeiende planten in potten.
Reservepijen?
De zuidzijde van het binnenhof.
De noordzijde van het binnenhof.
Vreemde begroetingsrituelen bij een bezoek van een abt
van een ander klooster.
Omslag'kleren' voor bezoekers met blote schouders.
© Ben de Graaf Bierbrauwer
Reacties naar benilse@quicknet.nl
https://bgbpix.nl
|