Albaniė | Van Valbonė naar ... |
Klik op de kaart om deze te vergroten
De eindbestemming van vandaag is onbekend.
Geen idee waar we zullen belanden. We zien wel. Het eerste stuk dat we rijden
kennen we dus al van de heenweg. Er gebeurt weinig anders dan dat ik op
de kronkelige weg nu echt blaren op mijn vingers krijg. Grappig, nou ja
grappig?, is dat we ergens onderweg bij de elektriciteitscentrale in een
barretje koffie willen drinken. Espresso en cappuccino lukt niet erg vandaag
omdat er geen elektra is! Dan maar Turkse koffie. Verder stoppen we om te
picknicken heel toevallig op precies hetzelfde plekje waar we gisteren ook
hebben geluncht. Nu zijn er geen roepende uilen, maar wel kikkertjes in
het watertje langs de weg. Het zijn geelbuikkikkers, zoals twee wegwerkers
ons lieten zien. |
Twee geelbuikkikkers |
Veel paarsblauwe klokjes |
Hier en daar een bewoond huis |
Vreemd groen begroeide bergen |
Veel gele bremachtige struikjes |
Ook veel mij onbekende bloemen |
Overal watervallende bergbeekjes |
Wat we allemaal tegenkomen onderweg!
Sommige dingen zijn echt te gek! |
Zo langzamerhand vinden we dit doodnormaal
Maar dit, dit slaat toch werkelijk alles! Helaas, niet goed waar te nemen: een volwassen koe op de achterbank! |
Bij de wegsplitsing waar we gisteren linksaf
gingen rijden we nu rechtdoor in de richting van Kukės. De weg is net zo
eindeloos kronkelig als waar we vanmorgen reden. Er komt geen eind aan.
Dan, als we echt een beetje genoeg van al dat gedraai krijgen, worden we
door een wel heel zeldzaam fenomeen getroffen. Voor ons rijdt een Jeep of
iets soortgelijks met een echte volwassen koe op de achterbank. Een koe
op de achterbank?! Ik wil de auto passeren om er een foto van te maken,
maar de Jeep rijdt, ook in de bochten, steeds verder van ons vandaan. Het
lukt me uiteindelijk niet om de koe in te halen. Het zorgt wel voor enig
vertier, want hoe mooi het landschap onderweg ook is, met beekjes, sneeuw,
veel bloemen, geen bewoning en af en toe een beest op de weg, na vijf uur
rijden weet je het wel zo'n beetje.
Een paar kilometer voor Kukės begint de autosnelweg richting Tirana, waar
we overigens niet naar toe willen. Een echte oprit naar de weg laat zich
wat moeilijk vinden, maar eenmaal op de autosnelweg is alles werkelijk super.
Echt super! Een hele vlakke vierbaans autoweg, zonder bochten, met goed
verlichte tunnels. Schnurgerade naar de eindafslag. Met 120 km! Ongelooflijk!
De weg gaat helaas niet helemaal naar Tirana of Durrės. Op een gegeven moment
wordt het weer een gewone Albanese weg, inclusief alle narigheid van dien.
Bij een splitsing maken we de definitieve keus om niet naar Tirana te gaan,
maar een camping op te zoeken in de buurt van Durrės.
Ergens zullen we iets niet helemaal goed gedaan hebben, want we komen op
een straat naar Durrės terecht waar alle auto's van Albaniė zich voor ons
verzameld hebben. Uiteindelijk komen we toch stapvoets verder en kunnen
het laatste eindje naar de stad zelfs gebruik maken van een vierbaansweg.
Deze weg is nog niet helemaal klaar en is zeker geen autosnelweg, want er
is geen middenbermafscheiding, langzaam verkeer is toegestaan, er zijn alleen
maar gelijkvloerse kruisingen en er zijn talloze uitritten van fabriekjes,
winkels, kantoren die hun wegrijdende bezoekers lozen op de snelweg. Er
is inderdaad wel een vluchtstrook, maar die wordt door verkeer uit de andere
richting gebruikt. Ezelkarren, vrachtwagens, gewone auto's. Dat is best
behoorlijk schrikken! Durrės is een grote havenstad en die laten we daarom
rechts liggen. We hebben er niets te zoeken. Wij zoeken naar de camping
Pa Emer in Karpen en vinden die na een paar keer vragen. De camping staat
op een oud oorlogsnest uit de tijd van Hoxha. |
Het kunstmatige toeristeneilandje van Pa Emer |
De recreatiezaal van de camping! |
Er staan op het terrein een flink aantal grote
bunkers. Deze hebben nu een andere bestemming gekregen. Een is bergplaats
voor onderhoudsspullen voor de camping, een andere is recreatieruimte met
tafeltennistafel en tafelvoetbalspel. We zoeken een nogal ongelukkig plekje
uit met uitzicht naar het kunstmatige eilandje in de zee en daarna eten
we lekkere vis in het campingrestaurantje, praten wat met andere campinggasten
en gaan vroeg naar bed.
De dag na deze tocht is een rustdag. We doen de hele dag eigenlijk niets.
Zwemmen in zee trekt ons niet aan, omdat het water er erg drabbig uitziet.
In de zon zitten lukt ook niet zo erg, want de zon laat zich maar sporadisch
voluit zien. Af en toe miezert het een beetje. |
--- Wat wij onderweg nog meer tegenkwamen --- |
Eén van vele eenpersoonsbunkertjes uit de tijd van Hoxha |
Hier wordt aan de weg gewerkt: Effe wachten (20 minuten) |
Onderweg zagen we veel vrouwen op het land werken |
De schapen worden geweid op een kerkhof! |
Het Valponėdal |
De Valponė |
Een prachtige rivier |
Wij hebben ons leven niet gewaagd op dit soort voetbruggen van verroest ijzer en verrot hout |
De geweldige stuwdam bij Fierzė met een elektriciteitscentrale die half Albaniė van stroom hoort te voorzien |
Uitzicht over het stuwmeer van Fierzė |
Fantastisch uitzicht over de oostelijke Albanese Alpen |
Dorp in de buurt van Kukės |
|