Een nostalgische toer over de Peloponnesos
Deel 2

01 02 03 04 05 06 07 08 09 10
11 12 13 14 15 16 17 18 19 20
21 22 23 24 25 26 27 28 29  


Als je het westelijke deel van de Peloponnesos wilt bezoeken kan je tegenwoordig over de magnifieke brug van Rion naar Antirrion (= de overkant van Rion).




Niet veel Grieken nemen de brug, omdat de tol om er over te mogen rijden onmogelijk duur is. Zeker vrachtwagenchauffeurs nemen liever de veerpont, die er dan wel wat langer over doet om aan de overkant te komen, maar zeer goedkoop is. De chauffeurs kunnen de tolprijs voor de brug declareren en hoewel ze er dan wel langer over doen per overtocht meer dan 30 euro in hun eigen zak steken!

Vóór de Olympische Zomerspelen in Athene in 2004 kon je trouwens alleen maar met een zeer wrakkig pontje van Antirrion op het vasteland naar Rion. De brug is speciaal gebouwd om een betere verbinding vanuit Italië naar Athene te krijgen. De Italianen komen meestal Griekenland binnen via de veerboothaven Igoumenitsa of de haven van Patra. De tuibrug is bijna vier kilometer lang. Werkelijk een hoogtepunt in tuibruggenbouw, ook visueel!





Bij Rion aan de overzijde ligt de snelweg Athene–Patra. Naar het oosten leidt de weg naar Athene en naar het westen naar Patra. Richting Patra wordt bijna door iedereen gekozen die naar de opgravingen van Olympia wil.

Als we naar de westelijke Peloponnesos gingen, 'deden' we altijd nog andere interessante opgravingen. Langs de weg ligt niet ver van Patra, rechts in de hoogte, een langgerekte muur. Vanuit de auto ziet die er interessant uit, maar als je er naar toe gaat om die van dichtbij te bekijken is er behalve die muur helemaal niets te zien. Het is wel een oude klassieke muur! We hebben op de kaart en bij de muur helaas geen naam kunnen ontdekken.


Verder op weg naar de camping Aginara waar we altijd eerst naar toe gaan rij je kilometers door saai boerenland. Vroeger was het daar vooral in de oogsttijd zeer druk met seizoenarbeiders, meest zigeuners. Tegenwoordig doen de Grieken al het werk zelf met moderne zaai-, plant-, en oogstmiddelen. Ergens toch wel een gemis, want het was altijd een kleurig, rumoerig gebeuren.

Meestal gingen we niet direct naar de camping, maar keken eerst nog even bij de haven van Kyllini rond. Daar gebeurde altijd wel iets, vooral als de ferryboot van Zakynthos aankwam of afvoer. Het was ook vroeger al een veelbezocht eiland. Er gaan vooral veel Grieken naar toe. Toeristen komen er nu ook wel, veel zelfs, maar sinds Zakynthos een eigen vliegveld heeft worden die allemaal massaal binnengevlogen. Kyllini zelf is overigens een onbeduidend vissershavenstadje gebleven.



Dichtbij Kyllini wordt je oog getroffen door een enorm fort dat uit de tijd van de kruisvaarders stamt. Het werd in 1220 gebouwd op een zeer strategische plaats. Je hebt er een adembenemend ver uitzicht over het omringende land en de Ionische Zee. Het staat op verreweg het hoogste punt uit de omgeving. Van alle kanten kon je de vijand zien naderen, ook dus vanaf de zee. Chlemoutsi kijkt ook uit op Zakynthos.

De eerste keer dat we er kwamen was Chlemoutsi niet meer dan een vervallen ruïne. Je kon er vrij rondstruinen en soms nog overblijfselen van de Venetiaanse overheersing aantreffen. Zo maar op de grond! Het kasteel is inmiddels fantastisch gerestaureerd en het is nu een museum waar de hele geschiedenis van het kasteel uit de doeken wordt gedaan. De opgegraven resten uit de Middeleeuwen (13e-15e eeuw) zijn uniek voor de hele wereld. Toen wij er vijf jaar geleden waren, bleken de restauratiewerkzaamheden nog in volle gang en konden we geen toegang krijgen. In 2021 wilden we weer een kijkje nemen en toen was helaas de tentoonstelling op die dag gesloten! Wéér achter het net gevist!








Dicht bij Chlemoutsi zijn de zwavelbronnen van Loutra Kyllini. De Romeinen gebruikten die al voor hun gezondheid. Tegenwoordig is de weg langs de bronnen volgebouwd met hypermoderne spa-hotels.

Bij de schaarse overgroeide oude Romeinse overblijfselen van hun badhuizen kan je je heden ten dage nog steeds insmeren met zwavelhoudende, stinkende modder. De toeristen doen dat zeker niet, maar veel Grieken geloven nog in de heilzame werking voor van alles en nog wat en gaan nog steeds door met aanmodderen, mede misschien omdat het gratis is. Hoewel het ridicule taferelen biedt, trekken de Grieken er zich niets van aan als ze een modderbad nemen, ook niet als je er foto's van maakt!





<--Peloponnesos: Deel 1 Peloponnesos: Deel 3 -->


© Ben de Graaf Bierbrauwer

Reacties naar benilse@quicknet.nl
https://bgbpix.nl